Door : Drs R.J. Gerritsen  (NB 2010-4)

 

 

In een vorige aflevering van Neocat Britten werd verslag gedaan van de geslaagde chirurgische behandeling van een door trauma verkregen hernia diafragmatica bij een onfortuinlijke Brit.

Een aandoening die daarop lijkt is de ‘Hernia diafragmatica peritoneo cardiale (HNDP), een aangeboren aandoening die vaak per toeval wordt ontdekt. Hieronder een artikel van de hand van Rob Gerritsen, specialist Interne Geneeskunde, over de achtergronden van HNDP, vergezeld van foto’s van een aardige Brit, die enige tijd geleden op De Kompaan geholpen werd, nadat bij een hartscreening was ontdekt dat de kat geen klachten maar toch een fors probleem had.

 

De aandoening hernia diafragmatica peritoneo cardiale (HNDP) staat momenteel bij houders van Britten in de belangstelling. Vragen als: wat is de oorzaak, hoe komen we de aandoening op het spoor, hoe zit het met de vererving en kunnen we de aandoening voorkomen, worden nu met regelmaat door Brittenhouders gesteld. Dit stuk geeft naar ik hoop antwoord op de vragen die u heeft.

 

Aangeboren

De HNDP is een aangeboren aandoening die tot gevolg heeft dat er een open verbinding bestaat tussen de buikholte en de holte rondom het hart, de zogenaamde pericardiale holte. Het eerste geval is beschreven bij een hond in 1811 door JB Gohier; het eerste geval bij de mens in 1903 en het eerste geval bij een kat in 1911.

 

 

De poes ligt hier op haar rug en we zien op deze foto duidelijk het diafragma (middenrif) dat in het midden een opening (hernia) heeft en de randen van deze opening zijn glad en gaaf. In de bovenhoek is te zien hoe het buikvlies (peritoneum) en het hartezakje (pericard) in elkaar overgaan. In de rechterbovenhoek is een gaatje tezien:je kijkt via deze opening in de feitelijke borstholte, waarin de longen liggen! Het overgrote deel van de foto wordt in beslag genomen door buikvet dat in de hernia opening ligt.

 

 

Van de ontwikkeling van het embryo (embryogenesis) zijn al vele details bekend, toch blijft de ontwikkeling van de verschillende lichaamsholten (borstholte, buikholte, hart-holte) één van de moeilijkst te begrijpen fasen in de ontwikkeling van een vrucht.

Het is wel duidelijk dat de aandoening tot stand komt door een afwijkende ontwikkeling van het ventrale (tegen de buikwand aangelegen) deel van het middenrif. Hierdoor kan een versmelting van het buikvlies en het vlies dat het hartezakje vormt (hartezakjes-vlies of pericardium) tot stand komen, waarmee buikholte en hartezakjesholte direct met elkaar in verbinding staan. Deze verbinding noemen we de hernia. Afhankelijk van de grootte van de hernia kunnen buikorganen of delen daarvan (lever en of galblaas, darmen, milt en buikvet) zich richting het hart verplaatsen. De hoeveelheid en aard van het weefsel dat zich verplaatst, bepaalt hoe een kat zich voelt en toont. De precieze lezers onder u kunnen hieruit afleiden dat een HNDP bij een kat dus niet ontstaat door een ongeluk (bijvoorbeeld aanrijding). Tengevolge van een ongeluk (dat zorgt voor een acute drukverhoging

in de buikholte) kunnen de buikorganen zich echter wel opeens verplaatsen richting het hart. Bij een reeds aanwezige HNDP kan dit dan aanleiding geven tot meer of minder ernstige klinische symptomen.

 

 

Als het buikvet wordt teruggehaald door de chirurg, wordt opeens het hart zichtbaar. Daarnaast zijn ook een deel van de lever (die in z'n geheel naar voren is verplaatst!) zichtbaar alsmede de galblaas rechts onderin. Het oppervlak van het hart ziet er bont uit. Dit komt door het drukken en stoten van de lever tegen het hart.

 

 

In de literatuur zijn 52 gevallen van HNDP bij katten beschreven.

Hieruit kunnen de volgende conclusies worden getrokken:

 

Conclusies

1. De aandoening komt bij alle kattenrassen voor: Europese Korthaar, Perzische kat, Siamees, Angora, Brits Korthaar (nb. eigen bevinding R.J. Gerritsen De Kompaan), maar het grootste percentage, 26%, bestaat uit Perzische katten.

2. Er zijn momenteel geen overtuigende bewijzen dat de aandoening HNDP bij katten erfelijk is.

3. De aandoening komt bij zowel mannelijke als vrouwelijke dieren voor.

4. De afwijking wordt zowel bij jonge als oudere dieren aangetroffen en kan op basis van toeval dan wel op basis van gericht onderzoek worden opgemerkt.

5. Een kat met een HNDP kan symptoomloos zijn maar ook ernstige klachten hebben, met name gerelateerd aan de ademhaling (versnelde ademhaling, meer of minder ernstige be-nauwdheid) en het maagdarmstelsel (braken en diarree).

6. Het is van de organen in de buikholte de lever, die zich het vaakst verplaatst richting het hart, gevolgd door de galblaas en de darmen.

7. In combinatie met HNDP werden ook andere aangeboren afwijkingen bij deze katten aan-getroffen. Het ging daarbij voornamelijk om afwijkingen van het borstbeen resp. breuken van de buikwand. In één geval was sprake van een combinatie met PKD, in één geval van combinatie met een levershunt en tenslotte één geval in combinatie met een hydrocephalus (waterhoofd).

8. HNDP kan niet worden voorkomen door het geven van toevoegingen/additieven aan de voeding tijdens de dracht.

 

De ernst van de klinische symptomen hangt vanzelfsprekend af van de grootte van de hernia en de mate waarin delen van organen zich verplaatsen richting het hart. Bovendien zijn de meest voorkomende symptomen (een wat versnelde ademhaling, wat braken of diarree) erg a-specifiek. Bij de meeste van de 52 katten werd de aandoening pas na het overlijden bij sectie (en dus bij toeval!) opgemerkt. Dat er nu binnen de Brittenwereld aandacht voor is, zou te verklaren kunnen zijn doordat veel katten worden gescreend in het kader van HCM. Bij een symptoomloze kat kan met behulp van echo bij toeval toch een HNDP worden opgespoord. Dit was o.a. het geval met de kat waarvan u bij dit artikel foto’s aantreft. De poes werd op De Kompaan geopereerd en is geheel hersteld. Behalve echoonderzoek kan zoals bekend ook een röntgenfoto van de borstholte aanwijzingen geven voor het bestaan van de aandoening.

 

Registratie

Het is verstandig om een goede registratie van de gediagnosticeerde gevallen bij te houden! Want hoewel er geen genetische basis voor de aandoening bewezen is, zou het feit dat HNDP bij de Perzen frequent voorkomt en dit ras bij de ontwikkeling van de Brit is gebruikt, ertoe moeten leiden dat u allen waakzaam blijft! Laat één en ander echter niet verworden tot een jacht op HNDP en eisen geformuleerd in een fokbeleid! HCM is en blijft een veel belangrijker probleem!

 

November 2010

Drs R.J. Gerritsen

Specialist Interne Geneeskunde en lid van het Collegium Cardiologicum